Eerste bachelors Klinische Technologie denken en praten als arts én technoloog
Nieuwe technologieën zoals 3D-printen of sensor-chips veranderen de geneeskunde. Maar ook de operatielamp of stethoscoop kan nog beter, laten de eerste bachelors Klinische Technologie zien in hun afstudeerprojecten. Ze willen zowel het leven van medisch specialisten als van patiënten makkelijker maken met nieuwe techniek. Op donderdag 12 oktober neemt de eerste lichting studenten Klinische Technologie het bachelor-diploma in Delft in ontvangst.
Sommige studenten verdiepten zich in botreplica’s uit de 3D-printer. Zij probeerden te ontdekken waar in de productie eventuele vormafwijkingen ontstaan en de grootte daarvan te bepalen. Ze gingen aan de slag met scantechnieken, 3D-printers, meettechnieken en statistiek en ontwikkelden een testmodel om de diverse technieken te beoordelen. “De afwijkingen blijken zeer klein, een paar tiende millimeter, en ontstaan vooral in de printer,” vertelt student Ysbrand Willink. “Kaakchirurgen kunnen de modellen zeker gebruiken bij de voorbereiding van een operatie, maar voor forensisch onderzoek zijn ze niet geschikt. Het verschil tussen een zaag- of mes-spoor op een bot verdwijnt bij een replica. De ‘kopieën’ zijn eventueel wel geschikt als vervangend bot”, voegt medestudent Paul Roos daar aan toe. Een stoffelijk overschot kan dankzij deze techniek misschien worden overgedragen aan de nabestaanden, terwijl bewijsmateriaal bewaard blijft.
Sommige studenten verdiepten zich in botreplica’s uit de 3D-printer. Zij probeerden te ontdekken waar in de productie eventuele vormafwijkingen ontstaan en de grootte daarvan te bepalen. Ze gingen aan de slag met scantechnieken, 3D-printers, meettechnieken en statistiek en ontwikkelden een testmodel om de diverse technieken te beoordelen. “De afwijkingen blijken zeer klein, een paar tiende millimeter, en ontstaan vooral in de printer,” vertelt student Ysbrand Willink. “Kaakchirurgen kunnen de modellen zeker gebruiken bij de voorbereiding van een operatie, maar voor forensisch onderzoek zijn ze niet geschikt. Het verschil tussen een zaag- of mes-spoor op een bot verdwijnt bij een replica. De ‘kopieën’ zijn eventueel wel geschikt als vervangend bot”, voegt medestudent Paul Roos daar aan toe. Een stoffelijk overschot kan dankzij deze techniek misschien worden overgedragen aan de nabestaanden, terwijl bewijsmateriaal bewaard blijft.
Geen opmerkingen: